Lees hieronder Charis Lapres brief aan Floris van den Berg, geschreven in het kader van de HTF-module Milieuethiek.
Oss, 18 november 2023
Beste Floris,
Toen u de flesopener liet zien, trok het me over de streep om mijn essay anders aan te vliegen. Gezien het liberalisme in Groen Liberalisme, neem ik deze vrijheid. Ik snap het wanneer u vragen hebt over mijn papiergebruik. Dat is immers niet zo groen. Dit kan ik verdedigen. Brieven worden bewaard. Als ze goed zijn, zelfs beroemd. Brieven die zijn geschreven tijdens oorlogen, scheepstochten en studies zijn van historisch belang, omdat ze een inkijkje zijn in tijden van lang geleden. Laat deze brief een dwarsdoorsnede bieden van 2023, toen ‘klimaatverandering’ nog een controversieel begrip was, een filosofiestudent milieuethiek kon studeren en de volgende tekst kon aanleveren als eindopdracht:
Ik ben verantwoordelijk voor een gezonde leefomgeving
Om u een basis te geven begin ik met een situatietekening. Ik werk bij bouwbedrijf Heijmans dat vorige week via een persbericht vijf bold statements voor 2030 publiceerde. Voor een bouwbedrijf zijn ze zeker gewaagd, al passen ze wel bij de slogan van het bedrijf: ‘Makers van de gezonde leefomgeving’. Een bouwbedrijf, bekend van de snelwegen, dat claimt goed te zijn voor de leefomgeving klinkt op zichzelf al tegenstrijdig. Dat is dan ook mijn dilemma: kan ik, als iemand die het klimaat serieus neemt, wel ethisch verantwoord werken bij dit bedrijf? Nee, niet helemaal. Nu dit duidelijk is, wordt mijn volgende brief een ontslagbrief. Maar voordat ik die schrijf, geef ik u de achtergrond en de argumenten.
U weet vast dat dit bedrijf grondstoffen verbruikt, maar weet u wat voor dingen we maken? Bruggen, tunnels, landingsbanen, snelwegen, dijken, sluizen, ziekenhuizen, kubuswoningen, hoogspanningsstations, et cetera. Hierbij heeft het bedrijf rekening te houden met CO₂-uitstoot, milieuvergunningen en meest recent: stikstof.
Drie beperkingen
Nu u de achtergrond hebt, ga ik door naar de argumenten. De morele cirkel beperkt zichzelf. Wat wel is opgenomen, is de toekomstige mens en het ecosysteem. Dit zijn twee losstaande cirkels binnen het overkoepelende geheel van de toekomstvisie voor 2030. Hierin is de eerste van drie beperkingen zichtbaar.
De eerste beperking is tijd. De visie is slechts voor de komende zes jaar bedoeld. In het meest gunstige geval kan dit betekenen dat het bedrijf erop rekent om de visie dan nog steviger neer te zetten. In het minst gunstige geval om de visie dan los te laten. In beide gevallen verlicht het de druk om op dit moment in de tijd na te denken over een toekomst die nog heel ver weg lijkt.
De tweede beperking gaat over de impact van de projecten. Het hele hoogspanningsnet in Nederland is in handen van TenneT. Maar dit betekent niet dat alle hoogspanningsstations in Nederland worden vernieuwd door Heijmans. Oftewel: de impact beperkt zich tot Nederland, niet alle stations en alleen hoogspanning.
Het derde beperkende punt is een open deur: Heijmans is een commercieel bedrijf en dus afhankelijk van een klant. Om aantrekkelijk te zijn zet het bedrijf zich af tegen de concurrentie. Duurzaam werken kost vaak meer, maar als een bedrijf een te hoge prijsopgave geeft, haalt het de top drie van de aanbesteding niet. De klant bepaalt daarmee indirect hoe duurzaam een bedrijf kan zijn.
Duurzaamheid loont
Dat waren de tegenargumenten. Nu de argumenten vóór.
De politiek schiet tekort in duurzaamheid. In het hoofdstuk Bedrijfsethiek van Groen Liberalisme staat de volgende quote van Bill McKibben: “In feite zijn bedrijven de kinderen van onze samenleving - ze kunnen heel weinig behalve groeien (en daar zijn ze dan ook heel goed in) en ze zetten het op een huilen als je grenzen stelt. Hen socialiseren is een taak van de politiek. Het wordt tijd om die taak weer op te nemen.” In dit citaat wordt ‘groei’ gebruikt met een dubbele betekenis. Enerzijds betekent zijn begrip van ‘groei’ monetaire rijkdom, anderzijds het verbruiken van grondstoffen. Het is verleidelijk om aan te nemen dat deze groei onlosmakelijk is verbonden aan een groeiend verbruik van grondstoffen. Echter wil ik benadrukken dat dit niet zo hoeft te zijn.
Ik leg een andere quote uit Groen Liberalisme hiernaast. Ditmaal van fotograaf en activist Ansel Adams: “Het is verschrikkelijk dat we tegen onze eigen overheid moeten strijden om het milieu te redden.” Dit citaat betreft dezelfde overheid die bedrijven moet socialiseren volgens McKibben. Terugkijken naar de bold statements zien we dit bedrijf juist samenwerken met de overheid door een nastreefbaar voorbeeld te geven. Een voorbeeld dat effect heeft op mensen en omgeving. Deze invloed van bedrijven op de omgeving is niet nieuw. Het nemen van verantwoordelijkheid voor hun impact op de omgeving is dat wel. Om deze reden werken de medewerkers van Heijmans aan een gezonde leefomgeving, juist wanneer de overheid dit niet doet.
Het loont te verduurzamen voordat de overheid ingrijpt. Het is bijvoorbeeld goed voor de wendbaarheid. In de praktijk zijn ondernemingen gebonden aan planningen en werknemers. Door aan de nieuwe norm te voldoen nog voordat de verplichting ingaat, is het bedrijf leidend.
Duurzaamheid loont ook op de arbeidsmarkt. Volgens onderzoek van Intermediair trekken bedrijven die duurzaamheid belangrijk vinden, meer kandidaten aan. In tijden van krapte op de arbeidsmarkt is dat een voordeel.
Als laatste punt is duurzaamheid een waarde. Oftewel: nastrevenswaardig an sich.
Tot slot
In deze tekst probeer ik tegenover mezelf te verantwoorden dat mijn werk bijdraagt aan duurzaamheid. Hiervoor verhoud ik me tot de bold statements van mijn werkgever. Ik erken dan de beperkingen aan hun duurzame handelen: tijd, impact en afhankelijkheid. Tegelijkertijd kan ik trots zijn op de voorbeeldrol die mijn collega’s en ik uitdragen naar de politiek en is het aantrekkelijk om bij een duurzaam en wendbaar bedrijf te werken.
Al met al werk ik niet zorgeloos bij Heijmans, maar ik durf mij ervoor te verantwoorden. Er zijn immers argumenten voor en tegen mijn werk. Dus wacht ik nog even met het schrijven van die ontslagbrief.
Met vriendelijke groet,
Charis Lapre
Charis Lapre (1993) begon kunststudies aan de Willem de Kooning Academie in Rotterdam en het AKV St. Joost in Breda. Hier ontstond haar liefde voor brieven. Vanaf 2016 werkt ze op de afdeling Correspondentie bij Brabant Water N.V. en per 2022 als projectmedewerker bij Heijmans. Sinds 2021 studeert ze Toegepaste Filosofie aan de Hogeschool voor Toegepaste Filosofie. Ze is getrouwd met Hugo (36) en moeder van Elias (8) en Vesper (9 maanden). Als ze niet bezig is met werk, studie of gezin dan schrijft ze brieven.